Thailand kent vele bekende en onbekende hoogtepunten, zodat je in 2 weken niet alles kunt bezoeken. Gelukkig kun je wel een goed beeld van het land krijgen en heel veel mooie dingen zien en beleven. Lees hieronder wat de ideale reisroute is voor 2 weken door het ‘Land van de Glimlach’.
Dag 1-3: Bangkok
Grote kans dat je in de hoofdstad van Thailand aankomt, Bangkok. Neem een aantal dagen de tijd om de hoogtepunten van de stad te verkennen. Tip: zie je op tegen de drukte en hectiek van de grote stad, bezoek Bangkok dan aan het eind van je reis. Je bent dan al wat gewend aan het Thaise leven en het klimaat, waardoor de stad minder overweldigend is.
Een aantal niet te missen hoogtepunten zijn:
- Fietstour met GoBangkokTours, vergelijkbaar met de fietstour van Co van Kessel, maar dan in kleinere groepjes;
- Grand Palace met de smaragden Boeddha;
- Een boottocht over de klongs;
- De grote liggende Boeddha van Wat Pho;
- Een drankje in een sky bar, zoals Above Eleven, Lebua of Vertigo. Tip: zorg dat je vlak voor zonsondergang arriveert voor de mooiste ervaring. Let op dat de drankjes in de sky bars niet goedkoop zijn en dat er vaak een dress code geldt;
- Lokaal eten op een avondmarkt, zoals Talad Roi Fai Ratchada, Asiatique, Artbox Bangkok en Chang Chui Bangkok Plane Night Market.
Neem bij aankomst even de tijd om te acclimatiseren. De overgang van Nederland naar Thailand kan vrij heftig zijn vanwege het tijdsverschil en de warmte. Probeer overdag niet te gaan slapen, want dan duurt de acclimatisatie (jet lag) een stuk langer.
Dag 4-6: Kanchanaburi en Ayutthaya
Ten westen van Bangkok, op slechts 3 uur rijden ligt de provincie Kanchanaburi, die garant staat voor veel historie en prachtige natuur. Op weg naar deze provincie kun je 2 leuke markten bezoeken, de drijvende markt Damnuern Saduak en de treinmarkt Maeklong. Beide geven een kijkje in het typisch Thaise leven, maar verwacht niet dat je de enige toerist zal zijn. De drijvende markt van Amphawa (alleen in het weekend) is een minder toeristisch alternatief.
Overnachten doe je het beste een nacht in het stadje Kanchanaburi en een nacht in een bamboehuisje op een drijvend vlot midden in de groene jungle. Bij de River Kwai Jungle Rafts ga je back-to-basic, wat de ervaring juist zo leuk maakt! Je hebt geen elektriciteit of warm water. ’s Avonds gaan de olielampen aan en eet je met z’n allen de lokale gerechten die vers worden bereid. Overdag spring je in de rivier en laat je je meedrijven door de rivier. Er zijn ook luxere varianten van deze huisjes, maar wil je een unieke belevenis, dan slaap je het beste hier.
Een van de mooiste watervallen van Thailand zijn de Erawan Watervallen. Deze waterval heeft 7 plateaus die je per voet kunt bereiken. Zwem in het heldere water en glij van de natuurlijke glijbanen. Schrik niet als tijdens het zwemmen ineens een aantal visjes aan je voeten knabbelen. Deze ‘Doctor fish’ vind je ook in veel spa’s en schijnen een reinigde werking te hebben. Tip: probeer de weekenden en nationale feestdagen te vermijden, want dan kan het hier erg druk zijn met lokale toeristen.
Uiteraard mag een bezoek aan de wereldberoemde ‘Bridge over the River Kwai’ niet ontbreken als je dit gebied bezoekt. Deze brug is in de Tweede Wereldoorlog in moordend tempo door duizenden krijgsgevangenen van de Japanners gebouwd. Ook vele Nederlanders moesten in erbarmelijke omstandigheden helpen een treinverbinding tussen Birma en Thailand te realiseren. Velen lieten het leven. De spoorrails wordt nog dagelijks gebruikt. Een tocht eroverheen is bijzonder door zijn verhaal, maar ook door zijn prachtige groene omgeving.
Eindig de Kanchanaburi lus in Ayutthaya, de oude hoofdstad van Thailand dat door Birmezen grotendeels is verwoest. De bijzondere tempelruïnes zijn zeker een bezoek waard.
Dag 7-9: Chiang Mai
De nachttrein van Ayutthaya naar Chiang Mai duurt zo’n 12 uur. De bedden zijn niet verkeerd, maar verwacht geen hotelbed. Toch is het een bijzondere ervaring om de lange treinreis te maken.
Chiang Mai wordt de ‘Roos van het Noorden’ genoemd. Met de gezellige avondmarkten en bijzondere tempels is Chiang Mai volgens velen de leukste stad van het land. De omgeving van Chiang Mai met groene heuvels, uitgestrekte rijstvelden en vele bergvolkeren, staat bekend om de vele outdooractiviteiten. Zo kun je er mooie trekkings maken van een aantal uren tot een week, of meer. Ook kun je er ziplinen, raften en olifanten verzorgen. Wil je een op een komen met de grote dieren, ze eten geven en met ze badderen, let dan op dat je kiest voor een diervriendelijk kamp.
Tip: het leukste feest van Thailand, Loi Krathong, vindt ieder jaar plaats begin november. Dit feest wordt het meest uitbundig gevierd in Chiang Mai. Tijdens deze feestdagen wordt de lucht versierd met duizenden wensballonnen, wat een magisch beeld geeft.
Vanuit Chiang Mai keer je weer terug naar Bangkok. Dit kan met een minibus, trein of vliegtuig. Voor de afwisseling en het gemak kun je het vliegtuig nemen. De kosten hiervoor zijn ongeveer € 30 voor een enkele reis (excl. bagage) met Thai AirAsia, Thai Lion Air of Nok Air en duurt ongeveer een uur.
Dag 10-14: Koh Samet
Thailand kent heel veel mooie stranden. Het eiland Koh Samet, op ongeveer 3 uur rijden en een half uur met de boot van Bangkok, is een klein eiland waar je mooie stranden vindt en uitermate goed kunt ontspannen. Toegegeven, er zijn nog mooiere eilanden in Thailand, maar Koh Samet heeft het voordeel dat het niet ver van Bangkok ligt met een prettige sfeer. Koh Samet is zeer geliefd bij families en koppels. De mooiste stranden van Koh Samet zijn Ao Prao Beach, Ao Wai en Wong Duean Beach. De meeste levendigheid vind je op Sai Kaew Beach.
Alternatieven voor Koh Samet zijn Koh Chang, Koh Mak, Koh Kood, Hua Hin, Pattaya of meer naar het zuiden gelegen eilanden. Houd wel rekening met langere reisafstanden. Vliegen kan in dat geval de meest ideale reismethode zijn.
Heb je meer tijd?
Mocht je meer tijd hebben, dan zijn er verschillende plekken die je verder kunt bezoeken. In Noord-Thailand zijn de volgende plekken ook zeker het bezoeken waard:
- Mae Hong Son loop, die loopt via Chiang Mai, Pai, Mae Hong Son, Doi Inthanon en terug naar Chiang Mai;
- Chiang Rai met de bekende Witte Tempel, oftewel Wat Rong Khun;
- Nan provincie, voor de natuurlijke schoonheid, lokale Thaise cultuur en veel minder toeristen;
- Sukhothai, de oude hoofdstad van Thailand met veel historische tempels;
- Thi Lo Su waterval nabij Umphang, de grootste en hoogste waterval van Thailand.
In Centraal-Thailand zijn de volgende bestemming een goed alternatief of uitbreiding op de hierboven genoemde reis:
- Khao Yai National Park, het oudste national park van Thailand met veel fiets- en wandelmogelijkheden. Ga op zoek naar wilde olifanten en apen en overnacht in Lala Mukha, een mooie glamping aan de rand van het park.
- Lopburi, bekend om z’n heilige apen en de Khmer tempel ruïnes.
- Pattaya, als je van uitzinnige feesten en veel drukte houdt. Overigens heb je ook culturele hoogtepunten nabij Pattaya, zoals de Sanctuary of Truth, een zeer grote, bijzondere houten tempel.
- Hua Hin, de koninklijke badplaats met leuke avondmarkten;
- Koh Chang, Koh Mak en Koh Kood, ideaal om te eilandhoppen.